dinsdag 9 december 2014

Snel!


Tjonge jonge wat gaat de tijd toch snel. Het lijkt wel alsof het zo door je vingers glipt, je let even niet op en hup daar ben je al in december aangeland. De decembermaand en ik hebben een soort van haat-liefde verhouding. Aan de ene kant is het gezellig. De dagen zijn kort, meestal is het guur weer dus je hebt een goed excuus om bij de kachel te kruipen onder een gezellig dekentje met een fijn boek of breiwerk. Er is allerhande lekkers voorradig en ach in deze maand letten we toch even niet op dus een goed excuus om eens flink uit de band te springen. Je weet van te voren dat je daar in januari vreselijk spijt van krijgt, maar dan is het te laat. Je voelt je niet alleen dik, je voelt je ook nog eens dom. Dik en Dom, dat is geen goede combinatie voor lekker in je vel zitten, maar daar denk je aan het begin van de decembermaand nog niet zo over na.

Aan de andere kant is de decembermaand een maand van heilig moeten. Je moet het gezellig hebben, het huis moet spic en span aan kant, je moet de meest heerlijke kerstdiners bereiden (en opeten), je moet er goed uit zien, met je haren in de krul, je nagels in de lak en een stralende teint hebben. Kortom het is nogal veel moeten. Wat zeker zal moeten is uren in de rij staan bij de plaatselijke middenstand om die vermaledijde boodschappen het huis binnen te slepen en je moet op jacht naar dat ene, heel erg speciale kadootje voor je liefjes om dat onder de kerstboom te vleien. En ik weet het best, dat heilige moeten om dat ideale plaatje uit een reclamefilmpje te imiteren dat zit echt in mijn hoofd. Niemand maalt erom als het huis een tikkie minder spic en span is en dat het reclameplaatje een pietsie afwijkt van de werkelijkheid. Ik neem me ook dit jaar weer voor dat ik niet in die valkuil van het heilig moeten en alom vertegenwoordigde perfectie zal donderen, maar resultaten uit het verleden bieden ook hier geen garantie voor het heden!

Bij ons begint de decembermaand al op de tweede van de maand. Dan is zoonlief jarig. Dit jaar werd hij 21 en dat laat je niet zomaar voorbij gaan. Ik had een dagje vrijgenomen (waardoor ik iets van 180 ongelezen mail had bij terugkomst) en heb alle zeilen bijgezet om er een leuke dag van te maken. Er kwamen 20 mensen op het eten, de jarige had een leuke dag en ik was na een dag al weer rechtgetrokken. Maar goed, je kind wordt niet elke dag 21 dus het mag wat kosten aan energie en moeite.

We stomen dan maar door naar pakjesavond. Persoonlijk vind ik dat een van de leukste feesten van het jaar en met een neefje van zeven die nog heilig in het bestaan van de Goedheiligman gelooft is dat natuurlijk extra leuk. Genieten met een Hoofdletter. En dat heb ik ook gedaan!

En nu zit ik hier nog even in een soort van tussenfase. De Sint is weg en van kerst is hier nog geen sprake. De ballen en de slingers zitten nog veilig opgeborgen in het aller achterste stukje van het bijkeukentje en de kerst-cd's zitten nog keurig gesorteerd in hun hoesjes. De afspraken hoe de kerstdagen in te vullen zijn al wel zo zoetjes gemaakt en ik wordt geacht een hoofdgerecht in mekaar te flansen. Leuk toch voor iemand die zo dol op koken is? Ja heel leuk! Wat zullen we eens maken?

En toch wil het echte kerstgevoel, dat intense vredige gevoel van vrede op aarde en in de mensen een welbehagen nog niet helemaal komen in mij! Zeker ik ben goedgehumeurd en erg welbehaagd, maar die kerst mogen we van mij wel overslaan dit jaar. Geen gedoe met het aanschaffen van een kerstboom en het hele huis in een grote bende met het opzetten en versieren van het kreng, geen uren in de rij met boodschappen doen. Gewoon een lekker boerenkoolstamppotje met een fijne worst als hoofdgerecht, geen oliebollenlucht en geen akelige vuurwerkknallen. Maar daar wil het gezin hier allemaal niks van weten. Dus ik moet aan de bak, met boom en ballen en diner.

En ach het zal wel goed komen, opeens zal het kerstgevoel wel indalen en anders is de maand december, net als al zijn broers en zusjes dit jaar, vast ook weer snel voorbij!

maandag 17 november 2014

Er zit een luchtje aan!

Zoals elke maandag aan het einde van de middag togen mijn knieen en ik naar de sportschool om daar de door de fysiotherapeut voorgeschreven oefeningen te doen. Een mens heeft het er maar druk mee, maar wat moet dat moet! Want alhoewel mijn fysiotherapeut een uiterst vriendelijke man is denk ik toch dat hij ernstig uit zijn humeur kan raken als de oefeningen niet gedaan worden. Met twee knieen die al regelmatig uit het humeur zijn wil je daar ook nog niet eens zijn fysiotherapeut bij hebben. Dus hup aan de oefening.

Ze zijn hier de sportschool aan het verbouwen, de helft is afgezet met groot plastic waarachter driftig gewerkt wordt. Dat betekent dat alle gymtoestellen in de andere helft van de zaal zijn gestouwd. Dat is even wennen, want dat zorgt ervoor dat je zowat bij je buurman op schoot zit. Er zitten veel nadelen aan. Een nadeel is dat ik vanmiddag op een fiets ging zitten en mijn achterbuurman het zicht ontnam. Dat vond de man niet prettig. Nu wilde ik best een fietsje opschuiven, maar daar had buurvrouw daarachter weer niet zo'n zin in. Nadeel is ook dat je je met dikke achterwerk nauwelijks tussen de apparatuur door kunt lopen en je al hotsend en botsend een gymtoestel moet beklimmen, waarbij je goed moet opletten dat er niet een onderdeel zoals een arm, been of broekspijp achter een uitsteeksel blijft hangen en je een onelegante smakkert maakt! Eenmaal op de fiets belandt bleek er nog een veel groter nadeel te kleven aan dit hutje mutje gedoe, want je zit niet alleen bijna op schoot van je buurman je ruikt ook heel goed welke deodorant hij heeft gebruikt! Echt erg en genant wordt het pas als degene naast jou geen deodorant heeft gebruikt en ruikt alsof hij de hele middag op de vuilnisbelt heeft doorgebracht. Gelukkig bleek ik even later een buurman te hebben die heerlijk rook! Ik snoof voorzichtig zijn kant op en wou al liefjes tegen hem zeggen; goh meneer wat ruikt u lekker, toen ik een kloeke echtgenote aan zag komen. Zij keek zo zuur mijn kant op dat ik maar niks tegen de goede man zei, want ik had geen zin in een linkse directe op mijn kaak. Ik had ineens het idee dat zij het absoluut niet prettig vindt als haar man door vreemde vrouwen wordt besnuffeld. 

Het voordeel van zo dicht op elkaar zitten is dat je dan wel weer goed zicht hebt op andere mensen. Zo zijn daar een aantal prachtige heren, ontzettend gespierd met bovenarmen  en borstkassen van staal en een sixpack zo strak dat ieder zich zelf respecterend traytje bierblikjes daar enorm jaloers op wordt. Die mannen moeten natuurlijk heel hard werken om de boel zo strak te houden en dat doen ze dan ook. Nu vlak voor mijn neus. Een genot om naar te kijken, alsof je op de eerste rij in het museum voor prachtige lijven zit.
Wat ook leuk om naar te kijken was, was het echtpaar wat binnen kwam. Ik had ze nooit eerder gezien en aan hun outfits te zien waren ze nieuw. Dat het een echtpaar was, was direct duidelijk want ze hadden de zelfde outfit aan. Meneer, met een dikke ronde buik en dunne spillebenen droeg een korte zwarte broek, mevrouw echter, met een achterwerk wat nog volumineuzer was dan het mijne (altijd fijn om te zien) droeg een dunne zwarte legging die een pietsie doorscheen en ze hadden allebei een andere kleur zweetband om hun hoofd. Meneer een zwarte en mevrouw een witte. Verder droegen ze hetzelfde, gifgroene, t-shirt en dezelfde sportschoenen. Helemaal uitgerust en klaar voor hun eerste sportrondje. Mevrouw besteeg de ligfiets naast mij en meneer ging schuin tegenover ons iets moeilijks doen met gewichten. Zo af en toe lonkten ze naar elkaar en staken ze een duim op om aan te geven dat alles nog goed ging. Een goed huwelijk dus. Zo mag ik het graag zien. Alleen ging mevrouw naast mij na een minuut of tien ook niet zo prettig ruiken. Helaas voor mij. 

Moe maar voldaan fietsten mijn knieen en ik naar huis. Gauw onder de douche met een lekker luchtje, want ze zullen maar van je zeggen dat je de tent uitstinkt! Dat moeten we niet hebben!

zondag 9 november 2014

Zalm

Vrijdag was visboer Jaap heel trots op zijn zalm! Dat liet hij dan ook luidkeels weten over de markt. Tja wat doe je dan, als zo'n man zo trots is op zijn zalm. Dan ga je even kijken. Ook al was je dat niet van plan, want er stond die avond boerenkool op het menu! Maar zo'n man staat ook maar zijn best te doen in de kou om zijn visjes aan de man te brengen en bovendien is het een gezellige vent, altijd in voor een gezellig babbeltje dus op naar Jaap!
Jaap stond te glunderen bij zijn kraam en toonde trost zijn zalm. Eerlijk is eerlijk, het was prachtige zalm. Toch maar vier filetjes gekocht. Jaap pakte de filetjes in en bij het overhandigen van het tasje kreeg ik een dikke knipoog. En omdat jij het bent, zo sprak hij, krijg je van mij ook nog een kadootje! De goeierd! Zo'n goeie klant ben ik vanwege de afstand nou ook weer niet! De zalmpjes hebben wel even een nachtje in de vriezer gelogeerd, maar vanavond staan ze op het menu! Met eigengemaakte tartaresaus, gebakken aardappeltjes en geroerbakte winterwortels die een oosters tintje krijgen. Anders is er niet veel aan, aan zo'n wortel. Als toetje is er eigengemaakte creme brulee, waar manlief straks de fik in mag steken. Want dat doen mannen graag, maar eerst mag hij nog een lekker flesje wit openen voor bij de zalm. En dan proosten we op Jaap! En zijn kadootje? Dat was een bakje aardappelsalade. Zelfgemaakt door Jaap! Hoe leuk is dat?

dinsdag 4 november 2014

Zwembad

Mijn slechtgehumeurde knieen hebben beweging nodig volgens mijn aardige, doch strenge fysiotherapeut. Ze moeten fietsen, wandelen, traplopen, fitnessen en zwemmen. Het zijn twee slapjanussen die knieen van mij, ze durven nergens alleen naar toe, dus moet ik mee. Of ik wil of niet! Zo komt het dus dat dochter en ik sinds een week of vier elke dinsdagavond aftaaien naar het plaatselijke zwembad, alwaar mijn knieen en ik 40 banen zwemmen. Ja, u hoort het goed, 40 hele banen. En wij, mijn knieen en ik vinden dit ook veel. De eerste keer deden we er ruim een uur over, maar na vier weken redden wij het al in 55 minuten. Nou daar zijn mijn knieen en ik best trots op! 

Het is een wekelijkse soap hoor, zo'n zwemavondje. Het zwembad is verdeeld in twee delen, een groot vak en een vak met allemaal banen. In het grote vak zwemmen wij, de baantjestrekkers die het op hun gemakje doen. In het afgezette vak is een zwemklasje aan de gang. Allerlei mensen, van jong tot oud, doen daar hun uiterste best, aangemoedigd door een zwemjuf die de les geeft. In mijn teruggaande banen kan ik de zwemjuf van dienst aan het werk zien. Staande op de kant doet ze de opdracht voor. Het is net ballet. Even later gaat de zwemklas aan de gang met de opdracht. Vanavond zwommen ze ineens allemaal met 1 voet boven water. Dat is een gek gezicht hoor al die voetjes boven water en bovendien erg lastig. Ik probeerde het zelf en verzoop zowat. Mijn respect voor het zwemklasje groeide met de minuut! 

Het is erg leuk om zo'n zwemjuf aan het werk te zien en ik bedacht me, stel dat ik de P&O mevrouw van het zwembad was, hoe zou ik zo'n zwemjuf dan selecteren? Zou ik haar dan op haar zwemkwaliteiten selecteren, waar ik geen bal verstand van heb, of zou ik haar aannemen vanwege haar stemgeluid? Want mensenkinderen wat hebben die zwemjuffen een geluid zeg, dat schalt maar door zo'n bad? Eigenlijk maar goed ook dat ik niet bij het zwembad werk en dat ik er alleen zwem!

In het grote vak waar wij onze baantjes zwemmen is het elke week een drukte van jewelste. Het lijkt het Amsterdamse IJ wel waar alle boten kriskras varen en de pont naar Noord zich tussendoor moet wringen! In het zwembad komt het er op neer dat je alle armen en benen van je medezwemmers dient te ontwijken. Er is een groepje lichtverstandelijk gehandicapten, waarvan 1 jongen een rare slag maakt met zijn voeten en als je hem niet op tijd ontwijkt ben je dus je halve gebit kwijt. Onnodig om te vermelden dat dit dus absoluut niet de bedoeling is. Het is dus zaak om zijn gestalte, herkenbaar aan de felblauwe zwembroek, te vermijden. Even verderop zwemt een vriendinnengroepje, het gekakel en het gelach is niet van de lucht. Als je chagerijnig zou zijn, wat ik niet was, dan knap je op van zoveel vrolijkheid. Een jongen met een prachtig gespierd lijf maakt prachtige sprongen vanaf de duikplank. Wat mij betreft kan hij zo naar de Olympische Spelen.

Na negenen wordt het rustiger, het zwemklasje is klaar en mag nog even vrij zwemmen. De juf pakt haar zwemplankjes en de dumbels in en gaat koffie zitten leuten met de andere zwemjuf van dienst op het trappetje bij de tribune. Twee heren, met felgekleurde badmutsen staan nog even na te praten in het ondiepe gedeelte. Als ik langszwem hoor ik iets over een enge operatie aan een nek, met akelig lange injectienaalden en liters bloed. Jakkes wat een griezelpraat, daar heb ik geen zin in en zwem snel door. Na de 40 banen wacht de warme douche en komt het moment dat je de koude kleedruimtes moet betreden om je weer aan te kleden. Het is altijd weer hannesen om alle onderdelen van het lijf weer goed verpakt te krijgen. Dan volgt het laatste gevecht van de avond. Want die knieen die nog steeds uit hun humeur zijn weten dat er in het aanpalende restaurant koffie met heerlijke grote stukken appeltaart wordt verkocht. Daar willen ze naar toe, want dan hebben ze wel verdiend vinden ze. Helaas ben ik dat niet met ze eens en de fysiotherapeut is dat zeker niet dus hup naar huis. Daar wacht mijn echtgenoot, met koffie en 1, welverdiend speculaasje!


maandag 27 oktober 2014

Financiele problemen :-)

Vrijdag kwam ik na gedane arbeid tevreden het huis binnenvallen om aan het weekend te beginnen. Altijd een fijn moment, je hebt je best weer gedaan de afgelopen week en nu is het lekker weekend. Manlief zou voor het eten zorgen, had ook het huis gedaan (ja die man verdient een lintje), het kroost was thuis, ik had zin in het weekend! Totdat 1 der gezinsleden riep heeft er iemand even een twee euromuntstuk voor mij. Ik deed een greep in mijn tas op zoek naar de vertrouwde grote huishoudportomonnee en ......... greep mis!

Nu heb ik deze tas op het vliegveld in Portugal gekocht afgelopen zomer en hij en ik zijn, ondanks zijn mooie uiterlijk, nog steeds niet altijd even dikke vriendjes. Er zitten twee grote vakken in met daartussen een middenvak. En alle rotzooi heeft de neiging om als ik even niet kijk stiekem over te lopen naar het andere vak. Ik zoek me vaak een rotje naar mijn spullen. Dan moet ik alle rotzooi uit de tas halen om dan ergens diep onder in de spelonken het gezochte stuk uiteindelijk op te kunnen vissen. Dat is heel erg onhandig. Ik doe nu soms precies hetzelfde als mijn moeder, dat paniekerige gegraai in zo'n tas en het ergste is nog als ik dat haar zag doen, ik me er altijd aan ergerde. Ik doe nu precies hetzelfde. Mam, met het schaamrood op de kaken biedt ik je met terugwerkende kracht mijn excuses aan voor al mijn ongeduld en ge-erger! 
Lastig is natuurlijk dat die tas, van Portugese afkomst, geen Nederlands verstaat dus ik kan schelden en tieren wat ik wil, hij verstaat me toch niet en gaat dus rustig door met het verstoppen van mijn spullen. Wat jammer is want hij ziet er perfect uit! Uiterlijk kan soms dus echt bedriegen.

Ik was er dus van overtuigd dat mijn tas de portomonnee weer eens had verstopt en kieperde hem om op de keukentafel (mooie gelegenheid om meteen eens wat weg te gooien) maar ook toen hij echt helemaal leeg was, nog steeds geen portomonnee te bekennen. Ook geen oplaadsnoertje van mijn telefoon trouwens. S'middags had ik hem nog gebruikt om in de kantine mijn karnemelkje en mijn groentensoepje af te rekenen, maar waar had ik het kreng gelaten? Toen ik wegging was mijn bureau helemaal leeg. (wij moeten elke avond ons bureau leegmaken en alle werkspullen in de kast doen) dus ik had hem niet laten liggen. Hoogstwaarschijnlijk had ik hem dus met mijn werkspullen achter slot en grendel gelegd. Helemaal zeker wist ik dat natuurlijk niet, voor hetzelfde geld was hij per abuis in de prullebak belandt. Wat een dilemma! 

In het weekend is het hoofdkantoor gesloten dus er zat niets anders op om te wachten tot vandaag. Het leek me iets te veel gedoe om daar te gaan lopen inbreken, daar ben ik een te bange poeperd voor en bovendien had ik geen tijd want ik moest zaterdag naar de kapper voor groot onderhoud. Maar hoe ging ik die kapper betalen, want al mijn betaalpasjes zitten in mijn portomonnee. Gelukkig was manlief bereid om mij bij de kapper op te pikken en te pinnen! Dat voelde wel even gek. 100 jaar geleden was het natuurlijk heel gewoon dat er voor je betaald werd als vrouw, of kreeg je je afgepaste huishoudgeld, maar dat stadium zijn we gelukkig voorbij. En zo ging het het hele weekend, bij alle boodschappen moest manlief de knip trekken!

Zoals altijd werd het snel weer maandag en zo kwam het dat ik vanmorgen extra vroeg mijn bed uit klom om naar kantoor te vertrekken. De lieve schoonmaakdames die ons pand proper houden zijn er altijd vroeg bij en ik wilde voorkomen dat als ik aan kwam kakken alle prullebakken al geleegd waren en de zakken in de container op het parkeerterrein waren gegooid. Ik zag mezelf al ondersteboven hangen met de benen in de lucht om mijn trouwe knip uit het afval te vissen terwijl zo'n 100 collega's voor de ramen toekijken en zich het schompes lachen om mijn rare escapades! Nee dan maar vroeg uit de veren. Zo kwam het dat ik al om 7.15 uur het pand betrad en me als eerste naar de kast begaf. En ja wel hoor, daar lag mijn trouwe knip, samen met het oplaadsnoertje van mijn telefoon! Het werd een gelukkig weerzien, daarop de vroege morgen in Almere!

zaterdag 25 oktober 2014

Linke Soep

Als een mens iets moet doen wat eigenlijk misschien niet zo heel handig is, bijvoorbeeld een raam lappen op de vierde verdieping terwijl je in de raamsponning staat, noemen we zo'n situatie vaak linke soep.

Ook als je op een provinciale weg rijdt en een tegenligger aan de overzijde zijn voorganger gaat inhalen en net voordat zo'n auto dan tegen je aan lijkt te gaan botsen weer op zijn eigen weghelft terecht komt, dan kijk je mekaar aan en je zucht van opluchting, nou dat was linke soep.

Ander voorbeeld van zeer linke soep is een glazen pot met tomatensaus die van je aanrecht valt en dreigt in scherven uiteen te spatten op je plavuizen waardoor de rode saus je pas gesopte witte keukenkastjes zal besmeuren. Voor dat de pot dan de grond raakt kun je hem opvangen met je bepantoffelde voet waardoor de pot toch zachtjes landt en keurig helemaal in takt op de grond nog een ietsjes narolt. Je loopt dan wel een week met een blauwe teen, maar je hoeft niet uren je keuken te ontdoen van al die vieze derrie dus een kniesoor die op die blauwe teen let. Ik kan nog veel meer van dit soort situaties bedenken en weet dat iedereen eigenlijk wel zijn eigen linke soep situatie heeft.

Toen een collega van mij onlangs dan ook vertelde dat ze iets van linke soep ging eten dacht ik dus dat ze het had over schaaldieren of zo waar je het geluk bij moest hebben dat die beestjes gezond van lijf en leden waren en haar niet met een forse voedselvergiftiging zouden opzadelen. Echt linke soep leek mij dat. 
Dat bleek dus helemaal niet het geval te zijn, ze had het over echte linke soep. Zelf gekookt in een pannetje met balletjes en vermecelli. Toen ik haar nogal glazig aanstaarde en duidelijk niet overtuigd was belde ze haar echtgenoot die stante pede het recept aan mij door mailde. De ingredienten lijst bevatte geen rare dingen dus ik dorst het wel aan om die soep te maken. Thuis zei ik niks, want ik ken mijn pappenheimers, als ik had gezegd we eten linke soep dan hadden ze hun neus opgetrokken en mijn kostelijke soepje niet eens geproefd. En kostelijk dat was het. Nu eten wij dus geregeld linke soep! Ik heb het oorspronkelijke recept ietsiepietsie aangepast. Hier is het:

1 liter groenten- of runderbouillon (van een blokje of zelf gemaakt)
1 ui, grof gesnipperd
1 rode paprika in stukken
2 tenen knoflook in plakjes
1 blik tomatenstukjes 400 ml
half bosje peterselie
200 gram runderhakt 
2 el paneermeel
1 tl djinten
handje vermecelli
peper en zout
1 el olijfolie

Fruit in een soeppan met dikke bodem de ui met de knoflook zachtjes glazig. Voeg de paprika toe en bak even mee. Doe de tomatenstukjes erbij, schep even om en laat op zacht vuur met de deksel op de pan een half uurtje zachtjes stoven. Meng het gehakt met de paneermeel, voeg wat zout en flink peper toe en draai er balletjes van. Laat na het half uur het tomaten/paprika mengsel wat afkoelen. (als je een wat dikkere soep wilt kun je de laatste 5 minuten nog een eetlepel bloem mee bakken) Snijdt de peterselie grof en doe dit bij de tomaten/paprika samen met de djinten en pureer dit mengsel met de staafmixer of in een blender. Voeg de bouillon toe en breng aan de kook. Doe de gehaktballetjes in de soep en laat gaar koken. Knijp de vermecelli fijn boven de pan, altijd een leuk momentje dat geknisper tussen je vingers, en laat de soep nog een kwartiertje sudderen. Breng op smaak met peper en zout. Als je van wat meer pit houdt kun je ook een rood pepertje mee stoven en pureren of een schepje sambal toevoegen.

Lekker op een frisse herfstdag met een stokbroodje en groene tapenade erbij. Pas als alles schoon op is aan je huisgenoten/gasten vertellen dat dit nu linke soep was! Uiteindelijk gaan ze er zelf om vragen!








woensdag 15 oktober 2014

Kunst

Na het behalen van haar Havo diploma is dochterlief half augustus gestart op het VWO. Ze moest daarvoor nog een vak extra kiezen en dat werd het vak kunst! Leuk dacht ik, eindelijk eens iemand in dit gezin die dan met mij mee wil naar een museum. Toen ze klein waren gingen we iedere herfstvakantie naar een museum met het kroost en ze hadden dan ook inspraak in de keuze voor een museum. Zo hebben we een paar keer het kinderboekenmuseum in Den Haag bezocht. Dat vond ik zelf ook erg leuk omdat ik daar menig goede vriend  (lees kinderboek) uit mijn jeugd terugvond. Het spoorweg, scheepvaart-, rijksmuseum en nog veel meer kwamen aan bod. Toen ze ouder werden ging die traditie helaas verloren. In het buitenland wil manlief graag met me mee, maar hier is hij daar niet zo erg voor te porren. Jammer, maar niks aan te doen. Gelukkig waren hier in Amsterdam alle grote musea gesloten de afgelopen jaren wegens grote verbouwingen dus was het allemaal niet zo erg. 

En toen kwam het vak Kunst. En zo geschiedde dat dochter vorige week riep, zullen wij gezellig samen naar het Rijksmuseum mam? Want ik moet daar het schilderij "Zielenvisserij" gaan bekijken voor mijn toets volgende week. Dat vond deze mam een uitermate strak plan en dus namen wij vanmiddag de metro en de tram en begaven wij ons naar het Rijksmuseum!

Ik heb een heerlijke middag gehad. Het was al een feest om naast mijn eigen mooie kind door dat prachtige gebouw te lopen en al dat moois te bekijken. Daarnaast viel ik regelmatig om van verbazing, want ik kreeg uitleg van mijn dochter in welke stijlen de schilderijen waren geschilderd en het hoe en het waarom. Niet te geloven dat mijn bloedeigen kind dit allemaal weet. 


         
 
We stonden daar samen voor het schilderij wat ze moest bestuderen voor haar toets en ze wees me op allerlei details. Ik stond daar zo maar ontzettend trots te zijn daar voor al die zieltjes. Van de zieltjes gingen we nog even langs De Nachtwacht en we dwaalden door de eregalerij en we zijn naar de bruidsmode tentoonstelling geweest. Samen hebben we genoten van de zilveren miniaturen die ik samen met het glaswerk eigenlijk het mooiste vind. Ze wilde perse naar de poppenhuizen en net als zo'n 12 jaar geleden stond ze er met haar neus boven op met het verschil dat ik haar nu niet meer op hoefde te tillen om al het moois in de poppenhuizen te kunnen bekijken. 

Ook leuk van zo'n museum bezoek is het mensen kijken. Mensen van heinde en verre. Chique Francaises, robuuste Duitsers, enthousiaste Japanners, lamlendige Italiaanse scholieren, vanalles kwamen we tegen. Het leukste was nog wel een oud stel dat toen dochter en ik in het restaurant een kopje thee gingen drinken achter ons zat. Hij met een ouderwetse spijkerbroek, dikke wollen sokken en een ietwat verwassen en vervilte trui en een mooi verweerd oud hoofd. Zij met lachrimpeltjes om haar mond, vriendelijke blauwe ogen, stevige stappers en ook zo'n ouderwetse spijkerbroek. Samen zaten ze te genieten van een kopje thee met een taartje. Druk in gesprek over wat ze allemaal al gezien hadden. Ik schat aan het dialect te horen dat ze uit het oosten van het land kwamen. Samen een dagje uit naar Amsterdam. Later die middag zag ik ze hand in hand staan en intens genieten van de aanblik van een groot schilderij. Zij verstonden de "kunst" om samen te genieten! Zo mooi om te zien. Ik kreeg er zomaar eventjes een brok van in mijn keel. 

Moe maar voldaan kwamen we thuis, dochter en ik. Na het eten ging ze naar boven om de indrukken van de Zielenvisserij alvast op papier te zetten voor de toets. Ik keek eens in mijn eigen zieltje en voelde me zo rijk!

zondag 12 oktober 2014

Verspilling

Elke werkdag stap ik zo rond half acht in de auto om naar mijn werk te gaan. Tijdens dat 20 minuten durende ritje luister ik graag naar de Heer Ontwaakt op radio 2. Met een beetje geluk hoor ik dan even na half acht de soulplaat en voor ik het weet rijd ik de parkeerplaats bij het werk al weer op. Alleen als ik s'morgens direct naar een vestiging mag dan kan ik wat langer naar de "ideale man in de morgen" luisteren. Een gezellig begin van de dag! Nu las ik gisteren op twitter dat Sander de Heer mee gaat doen aan de uitdaging van het Voedingscentrum en Pierre Wind om minder voedsel te gaan verspillen! De ideale man in de morgen gaat mij en natuurlijk zijn andere luisteraars op de hoogte houden van zijn actie. Ik hoop wel net in mijn 20 minuten, maar ach anders volg ik hem gewoon op facebook.

Zo'n actie zet een mens aan het denken. Hoe doe ik dat eigenlijk zelf met voedsel verspillen. Ik heb toch een gedegen opvoeding gehad van mijn moeder die ons leerde dat je voedsel niet zo maar weggooit. Dat is zonde. Eerlijk is eerlijk ik doe dat ook niet vaak. Of liever gezegd deed dat niet vaak. Ik was namelijk mijn eigen kliko. Ik at alles op! Dat blijft natuurlijk niet zonder gevolgen. Al dat "zonde om weg te gooien" eten is zo blij dat het uiteindelijk toch niet in de kliko verdwijnt dat het uit pure dankbaarheid voor altijd bij je wil blijven en het nestelt zich gezellig op je heupen, je achterwerk, buik en bovenbenen. En probeer het dan nog maar eens weg te krijgen. Gaat niet lukken niet. Althans mij niet. Ik ben daar een ongelooflijke slapjanus in en al is het een poosje gelukt om wat minder van dat extra gewicht mee te zeulen, ik hoef maar even uit de band te springen of ze zijn weer terug. 

Eigenlijk is het best zonde om al die restjes en kliekjes maar in je eigen lijf te kieperen en dat dus als kliko te gebruiken. Ik heb er zelf uiteindelijk het meeste last van en die restjes zouden het ook best gezellig hebben in de grote groene kliko die de gemeente elke week zo trouw komt legen. 

Het is dan ook een nobel streven van het Voedingscentrum waar ik vaak een haat/liefde verhouding mee heb. Aan de ene kant helpen ze mij door hun eetmeter ter beschikking te stellen en als ik dat maar trouw genoeg invul dan vertellen ze mij of ik het die dag netjes heb gedaan met de calorietjes, de verschillende soorten vetjes, eiwitjes en vitamientjes. Jammer is het wel dat zij niet erg met hun tijd mee gaan en al snel hun rode vingertje heffen als je wat meer eiwitten hebt gegeten en sip kijken als je wat minder koolhydraten naar binnen hebt gewerkt. Dat is een beetje jammer omdat de trend in voedselland nu toch wat neigt naar wat minder koolhydraten en wat meer eiwitten. Ook jammer is het dat het Voedingscentrum nogal gesponsord wordt door grote voedingsindustrieen en dat je daardoor toch wel het gevoel krijgt van het Voedingscentrum dat je echt beter die vreselijke gore margarine (chemiser en viezer bestaat er niet) kunt eten dan een fijn likje roomboter op je brood. Uiteindelijk moet een mens toch zelf haar keuzes maken en denk ik niet dat ik heel erg gelukkig wordt van alleen maar wortels en zes boterhammen met margarine. 

Ze hebben bij dat voedingscentrum natuurlijk wel gelijk dat er veel te veel voedsel verspilt wordt. De ene kant van de wereld hebben ze niet te eten en aan de andere kant hebben we zoveel dat kostelijk eten wordt weggegooid. Dat kan best anders. Ook hier in huis. Nu maak ik al jaren elke vrijdag een weekmenuutje en koop daarop mijn boodschappen in, maar er komt zo af en toe maar iemand onverwachts meeeten dus kan ik eigenlijk best wat kleinere porties koken. Dus ook minder inkopen! Dat scheelt al weer restjes. Als ik toch restjes heb, dan ga ik ze invriezen en hebben we eens per zoveel tijd een restjes dag. Scheelt weer tijd om te koken en die tijd kan ik dan weer doorbrengen in  de sportschool! Dat zou je een win-win situatie kunnen noemen, ware het niet dat het plan natuurlijk nog wel even uitgevoerd moet worden. Dat laatste, met name mezelf niet meer als kliko beschouwen, is nog wel een dingetje. Maar ik ga mijn best doen en laat me graag inspireren door de ideale man in de morgen en zijn mentor meneer Wind. Dan ga ik nu even een restje perencake wegwerken, want dat weggooien, dat is zonde! :-)

dinsdag 7 oktober 2014

Troosteten!

Ik vind het helemaal niet erg om vaak in een crematorium te komen. Tenminste als dat voor mijn werk is, want dan ben ik daar vaak achter de schermen aan het werk en na afloop tuf ik in mijn autootje tevreden na gedane arbeid, naar huis.

Als je zoals wij een week of 7 geleden afscheid moet nemen in een crematorium van een lieve oom die ernstig ziek was en helemaal niet zo oud is geworden en vanmorgen in dat zelfde crematorium afscheid moet nemen van zijn vrouw, die ook ernstig ziek was en ook helemaal niet zo oud is geworden, dan is dat een heel ander verhaal. Dan zit je daar verdrietig te wezen, je luistert naar de muziek en alle lieve en lovende woorden die gesproken worden, je bekijkt de fotopresentatie die op de grote schermen te zien is en eigenlijk wil je daar helemaal niet zijn. Dan wil je gewoon aan het werk zijn en niet steeds maar proberen die brok in je keel weg te slikken. Je ziet je eigen collega's hun uiterste best doen om alles zo perfect mogelijk te laten verlopen en je denkt terwijl je naar de kist van je tante kijkt, was ik maar gewoon voor mijn werk hier. 

Maar daar helpt allemaal geen lieve moedertje aan, je kunt de dood niet sturen dus je moet maar mee in zijn eisen. Toch hakt het er behoorlijk in hoor, dus wat doe je dan bij thuiskomst? Nou die brok in je keel eindelijk eens doorslikken en aan de kook gaan. Want thuis zitten nog twee bloedjes van kinderen en ook je echtgenoot, wiens oom en tante het eigenlijk zijn, heeft wel behoefte aan een lekker bordje warm eten. Het feit dat we bijna de parkeerplaats afwoeien toen we het crematorium verlieten plus de hoosbui die, heel toepasselijk bij al dat verdriet, juist op dat moment verkoos te vallen, maakte dat er vandaag meer nodig was dan wat sla met een komkommertje en een tomaatje.  Bovendien is niets zo troostrijk en goed om het hoofd leeg te maken dan lekker snijden, schillen en hakken aan je eigen aanrecht. Wat stond er dus op het menu vandaag? Een lekkere bal gehakt, kruimige piepertjes en een grote pan rode kool. Een flinke schep appelmoes erbij en dat noemen wij hier: Troosteten! 

Rode kool met appeltjes


Ingrediënten

  • 1 rode kool
  • 500 gram goudreinetten of appels
  • 1 ui
  • 2 laurierblaadjes
  • kaneel, kruidnagel, peper en zout


Bereiden

Snij de kool, appels en ui fijn en doe alles in een grote kookpan. Doe er peper, zout, kaneel, laurierblaadjes en een snufje kruidnagel aan toe. Doe wat water in de pan en breng alles aan de kook. Af en toe roeren en een uurtje op een laag pitje laten stoven.


zondag 21 september 2014

Schoenen en struikelen!

Soms heb je dat. Dan zie je iets en pats je bent verliefd. Dat gebeurde mij een paar maanden geleden. Soms is het handiger om niet meteen aan zo'n verliefdheid toe te geven. Met allerlei argumenten probeer je jezelf er van te overtuigen dat deze verliefdheid nergens goed voor is. Niet doen, niet meer kijken, uit de weg gaan als het je pad kruist, er zeker niet naar op zoek gaan of er in stilte van genieten, maar anderen er niet mee lastig vallen. En dat lukt dan een poosje, maar uiteindelijk is het raak. Je kunt er niet meer omheen, de tijd is rijp. Er op af dus!

Wat wil het geval? Enkele maanden geleden liep een lieve collega van mij de afdeling op met aan haar voeten de allerprachtigste schoenen. Wauw. Die wilde ik ook wel alleen liever in een andere kleur. Nou dat kon zei mijn collega, want dit schatje werd verkocht in vele kleuren. Ze gaf me het webadres en jawel hoor, daar stond op mijn beeldscherm de schoen waar ik naar op zoek was. Ik keek naar het prijskaartje en wist meteen dat deze verliefdheid in de ijskast moest want net de week ervoor had ik twee paar schoenen gekocht voor de zomer die best een rib uit mijn lijf waren. Nu koop ik schoenen niet voor 1 seizoen dus mogen ze best wat kosten, maar ja als het spaarvarken de bodem heeft bereikt moet hij eerst gevuld worden. Zo is dat maar net. Verliefd of niet! Ik zette de verliefdheid dus uit mijn hoofd en kwam vrolijk de zomer door op de schoenen die ik in het voorjaar had gekocht. De pumps van mijn collega waren toch wat meer voor de winter en zeker als ik zwarte wilde hebben. 

Een week of wat geleden zag ik haar weer voorbij lopen op haar mooie schoenen (zij heeft ze in een koraaltint) en pats daar was de verliefdheid weer. Even aan het spaarvarken geschud en waarempel die buik die kon het hebben en gauw naar de website. Daar stonden ze, mijn uitverkorenen, en laten zu nu nog in de reclame zijn ook? In een van die sjiekere buurten van Amsterdam zat zelfs een winkel. Hoe leuk was dat, nu kon ik even langswippen om die schatjes te passen. Eigenlijk was het vorige week zaterdag al de bedoeling, maar enig logistiek geharrewar met boodschappen doen en allerhande huishoudelijke gedoe belette dit bezoek. Dan maar een week later. Die winkel liep niet weg, de schoenen vast ook niet en dan zouden mijn voeten ook door de pedicure onderhanden zijn genomen en poezelig genoeg zijn om in zich in die mooie schoenen te vlijen. En ik had de hele week nog om me erop te verheugen.

Gister was het zover en toog ik met manlief de stad in. Ik had mijn mooie tas mee en had de haren gefohnd en de lippen gestift, want het is een sjieke straat hoor daar in dat Amsterdam Zuid en ik wou voorkomen dat die mensen in de winkel dachten wat moet ma Flodder met onze mooie schoenen. Na het schoenenfestijn zouden we dan een bezoek brengen aan de PC Hooftstraat. De oh zo beroemde straat in Amsterdam waar alle grote merken in prachtige winkels zitten en het hele arsenaal aan BN'ers en rijke stinkerds de hele dag hun inkopen doen. Dat wou ik wel eens met eigen ogen aanschouwen. Ben je in Amsterdam geboren, naar de middelbare school geweest er zelfs vier jaar gewoond en nog nooit in de PC geweest. Dat kon niet.

Maar eerst nog het schoenenfestijn. In de winkel werden we allervriendelijkst geholpen. Wat een verademing om door een echte schoenenverkoper te worden geholpen ipv een een puisterige tiener die het geen ene mallemoer interesseert of jij die schoenen nu wel of niet koopt, als je maar geen rotzooi in de winkel maakt en het snel weer sluitingstijd is. Dit terzijde. De schoenen in mijn maat werden aangedragen en aan mijn voeten gevlijd. Oh wat prachtig. Wel een beetje wennen zo'n hoge hak maar dat kwam wel goed. En toen bleken ze te groot en een maat kleiner was er niet. Voor de zekerheid nog wel even een andere maat in een andere kleur gepast en dat zat als gegoten. Andere filialen werden gebeld of zij nog een paar in huis hadden, maar helaas. Nada noppes niks! Nu sta ik op de lijst en word ik gebeld als ze opnieuw binnen komen. Jammer was ook dat vorige week zaterdag de laatste actiedag was en dat ze nu niet meer in de reclame waren. Een pietsie teleurgesteld liep ik de winkel uit. Maar goed nu kan ik me nog wat langer verheugen. 

We lieten onze opperbeste stemming door deze kleine teleurstelling echter niet zakken en wandelden gezellig samen door een prachtig zonnig Amsterdam naar de PC. Onderweg lekker naar de mensen kijken, de mooie huizen en de prachtige bloembakken aan de Timo Smeehuijzenbrug. We liepen langs vele banketbakkers met verleidelijke etalages, nooit geweten dat die er zoveel zijn in dit stukje van de stad en langs het Museumplein en het vernieuwde Stedelijk Museum met die afschuwelijke badkuip. Wie dat verzonnen heeft? Op een bomvol terras stonden twee prachtig aangeklede dames boven op een tafel een speech af te steken en hun publiek stond (ook al zo feestelijk gekleed) met een glas in de hand aandachtig te luisteren. Op het museumplein lagen mensen op het gras te chillen en het concertgebouw stond glorieus te stralen in de zon. Daar was de PC. Het bleek een smal straatje te zijn met veel spiegelende etalageruiten, gigantisch glimmende bolides of kekke sportwagentjes en een hoop Aziatische toeristen die daar al kakelend en snaterend uitgebreid aan het winkelen waren. Aan de vele tassen aan hun armen te zien bleek dat er een goede omzet gedraaid werd die middag. Aan pracht en praal en bling bling dus geen gebrek in de PC. Nu nog die BN'ers waar we over zouden stuikelen, ik rekte en strekte  mijn nek al uit om er een te spotten. Mooi niet. Nada Noppes Niks, geen BN'er in de verste verte te bekennen. Wel losse stoeptegels. Dat wel. Het blijft Amsterdam natuurlijk en het is dat manlief me opving anders had ik languit in de PC gelegen. Bijna gestruikeld. Ietwat ontchoocheld gingen we naar huis!


Basispump Capri, Suède Pumps Zwart

dinsdag 16 september 2014

Hoed

Toen ik klein was wilde ik heel erg graag koningin worden. Dat had best gekund want Willem en ik schelen niet zoveel. Hij is maar een paar maanden jonger dan ik dus dat had geen problemen opgeleverd. Zelf vond ik dat mijn voornaam door mijn ouders alvast erg goed gekozen was. Koningin Annemarie klonk best wel goed vond ik op achtjarige leeftijd. Elk jaar als ik naar de beelden van prinsjesdag kijk dan herinner ik me weer dat voornemen, want die Willem interesseerde me niet zo veel maar die pracht en praal des te meer. Het feit dat je als Koningin iedere dag een nieuwe jurk aan kon trekken en een hoedje op je hoofd kon planten leek me wel wat. Wat nog het meest aantrekkelijk leek was dat je dan eens per jaar in de Gouden Koets mocht plaatsnemen om naar de Ridderzaal te rijden in je mooie jurk en minzaam naar het volk kon wuiven.

Gelukkig is het nooit wat geworden met dit voornemen en dat is maar goed ook, want ook al ben ik dol op hoedjes het was natuurlijk geen gezicht geweest. Willem met mij aan zijn zijde in die gouden koets gepropt. Aan Maxima heeft hij een intelligentere en ook veel mooiere vrouw. Mensenkinderen alles wat die vrouw aantrekt, ja zelfs een postzak, staat haar beeldig. Ze stapt blijmoedig met haar maat 42 op haar hooggehakte, prachtige schoenen met die altijd charmante glimlach op haar hoofd op een hele elegante manier die koets in.

Dat zou ik dus nooit voor mekaar krijgen. Vind ten eerste maar eens een couturier die een alle vetrollen verhullende jurk wil maken. Daar valt geen eer aan te behalen dus dat wordt hem niet. Die hoed dat zou geen probleem zijn. Ik heb best een hoedenhoofd en als mijn kapper Bert zijn  best doet (en dat doet die schat altijd) zit het met het kapsel ook wel snor. Maar ja dan die schoenen met palen van hakken waar ik dan elegant het paleis mee uit moet schrijden (nee niet wankelen, maar schrijden) zonder over de zoom van mijn jurk te struikelen of over een plooi in de rode loper. Ik zie het voor me! Als ik die hindernissen dan met goed gevolg heb genomen dan zou ik het vege lijf met bijbehorend dik achterwerk nog bevallig die koets in moeten hijsen, terwijl Willem zich dan zou staan te verbijten over zoveel onhandigheid en de lakeien zich de lippen kapot zouden bijten om niet over de grond te dweilen van het lachen. De koets die dan staat te schudden bij zoveel inkomend geweld en de paarden die staan te briesen van ongeduld en met zijn allen roepen dat er een collegapaard bij moet omdat het anders niet te doen is om de kar te trekken! Dat allemaal onder het toeziend oog van de camera van de NOS en de toekijkende landgenoten. Ziet u het voor zich? En dan hebben we het nog niet eens over het uitklimmen van de koets aangekomen bij de Ridderzaal. Het is voor Willem gelukkig echt maar goed dat hij dus met Maxima is getrouwd en niet met mij! 

En toch als ik die hoedjesparade zie dan vind ik het best een beetje jammer. Ik kan altijd nog de politiek ingaan natuurlijk en dan als minister van laten we zeggen Volksgezondheid of Onderwijs (ik heb van beiden geen verstand) dan op prinsjesdag pontificaal in die ridderzaal gaan zitten met een pronte hoed op mijn kop. 

Maar ja, dat achterwerk he, dat past dan weer niet in die stoelen in de Tweede Kamer of de Ridderzaal.

dinsdag 9 september 2014

Spin

Vanmorgen ging ik naar mijn werk. Daartoe moet ik ons huis verlaten en deed de voordeur open. Bleek een onuitgenodigde gast de deur gebaricadeerd te hebben. Nou ja! Een grote, dikke spin had voor de deur een groot web geweven en zat daarin net gezellig te ontbijten toen ik de deur uitstapte. Ik had het hele beest niet meteen opgemerkt en met een beweging was het hele mooie web aan flarden. De spin, pisnijdig, klampte zich aan mijn werktas vast en vroeg boos of ik niet uit kon kijken. Ik was nog bezig om mij van alle kleverige draden te ontdoen en had niet direct in de gaten waar het beest zich ophield. Ik bedoel de spin was bruin/zwart en mijn tas is ook zwart en de tranen stroomden nog uit mijn verkouden plofkop, dus is het mijnsziens logisch dat je zo'n beest niet direct opmerkt. Nijdig ging de spin verder met mopperen en vroeg mij of ik wel wist hoeveel werk het was om zo'n web te weven.
Eindelijk ontdekte ik dit slechtgehumeurde spinnenbeest en natuurlijk vertelde ik hem dat ik niet op de hoogte ben van webben weven en dat het gewoon niet handig is om een web voor een voordeur te weven. Je kunt dan op je 8 spinnepoten natellen dat het stuk getrokken gaat worden als de bewoners het pand verlaten. 


Daar had meneer Spin niet van terug en terwijl ik naar de auto liep klampte hij zich vast aan mijn tas en ontdekte mijn boterhammen voor tussen de middag. Hij zei, ik ruik vlees wat zit er op dat brood? Nou eentje met gebraden gehakt in ieder geval. In ruil voor zo'n boterham vergeef ik het je dat je mijn web kapot hebt gemaakt dreinde spinnemans vanaf de rand van mijn tas. Niks ervan, sprak ik streng je weeft maar een nieuw web op een wat handigere plek dan voor mijn deur en gaat maar lekker vliegen vangen. En ga nu alsjeblieft van mijn tas af. Acht spinnenpoten klemden zich op mijn tas vast en hij keek me boos aan. Dan ga ik met je mee. Waar ga je naar toe? 

Het leek me niet zo'n goed idee om hem mee naar kantoor te nemen en hem daar de hele dag over mijn bureau te laten wandelen en maar zeuren om een stukje gebraden gehakt terwijl mijn collega's bij het zien van dit apparaat al gillend de afdeling verlieten. Niet doen dus en met een ferme zwiep gaf ik hem een zetje zodat meneer spin in de struiken belandde. Hup snel de auto in en wegwezen.

Kom ik vanavond thuis is er potdorie een groot web geweven van de zijkant van de voordeur naar de vuilnisbak. En wie zat daar met pretogen op mij te wachten? Precies! Uiteindelijk heb ik hem maar een stukje gebraden gehakt gebracht. Tevreden ging hij in het midden van zijn web zitten smullen. Ik heb hem nog niet verteld dat morgen de vuilnisman komt!


zaterdag 6 september 2014

Explosie!

Afgelopen donderdag stond ik in de keuken en pakte mijn fietstas. Klaar om even boodschappen te doen. Dochter stond in de gang en pakte haar schoolboeken uit haar tas die ze nodig had om haar huiswerk te maken toen er een ontzettende dreun te horen was. Wat was dat zeiden we tegen elkaar en keken in de tuin. Was daar soms iets om gevallen? Maar nee de was hing daar nog even vredig te wapperen als zojuist en ook het vogelvolk at onverstoorbaar door van de pinda's. Nou grapte dochter het is vast een aanslag, we worden beschoten mam en ga nog maar even geen boodschappen doen en ze zette snel het koffiezetapparaat aan om een bakkie te maken. En zo zaten we in de tuin in de zon toen een kakafonie aan sirenes losbarstte en de politiehelicopter boven ons hoofd cirkelde. 

Er moesten nu eenmaal boodschappen gedaan worden dus klom ik even later op de fiets en ging richting dorp. Nog steeds klonken sirenes en een penetrante brandlucht drong mijn neus in. Toen ik de hoek omkwam zag ik bij het flatgebouw Beukenhorst een gigantische rookpluim omhoog kringelen. De politiehelicopter cirkelde er doorheen maar een verkeersvliegtuig boog wat af. Ik mocht al niet verder meer. Een aantal kloeke agenten hield de menigte tegen door een strakgespannen rood-wit lint. Dat werd dus niet naar lands grootste kruidenier maar naar de hallo super in de buurt. 

Als dochter van een brandweerman ben ik opgegroeid met sirenes en rooklucht en zit er een ietsiepietsie sensatie in mijn bloed. Een ietsiepietsie maar hoor, maar toch! Als je als kind gewend bent dat uitjes regelmatig afgezegd worden omdat papa een uitruk heeft of dat je gezellig met je vader een boodschap doet er een uitruk komt en je dan in de kazerne moet wachten tot hij terug is, je s'nachts uit je bed gebeld wordt door een grote herriemakende brandmelder (nog voor de piepers er waren) dan is het ook logisch dat je het naadje van de kous wilt weten. Dus stopte ik in de buurt en keek hoe de collega's van mijn paps druk in de weer waren om dit indrukwekkende vuur te bestrijden en zag ik hoe de traumaheli landde om de gewonde slachtoffers bij te staan. Het zag er allemaal akelig en naar uit, dat vuur en de brokstukken bij dat flatgebouw. Al die mensen die daar stonden te kijken hoopten maar 1 ding. Dat er geen slachtoffers waren gevallen!

Even bleef ik staan kijken, op flinke afstand en ging toen naar de buurtsuper want ook dat is me bijgebracht door paps, wegwezen als je er niks te zoeken hebt. De hulpverleners niet in de weg lopen. Aan het begin van de avond bleek dat er twee doden te betreuren waren en 15 gewonden. Vreselijk nieuws!

Nu is het de eerste week in september altijd feestweek en staat er een kermis en zijn er optredens in een grote tent die voor de gelegenheid is neergezet. Die avond zou Roy Donders optreden in de tent en half het dorp stond al opgetuigd in zijn juichpak toen de burgemeester besloot de festiviteiten voor die avond te annuleren en de kermis te sluiten. Zielig voor Roy maar het dorp was niet in de stemming om te juichen.

Dit soort dingen zijn altijd verschrikkelijk, maar als het in je eigen dorp gebeurt op nog geen kilometer van je eigen huis dan wordt je weer even met de neus op de feiten gedrukt hoe goed je het wel niet hebt en dat je veilige bestaan in een moment zomaar weg kan zijn. Het flatgebouw staat aangeslagen met een groot zwart gat te wachten op reparatie. De bewoners worden elders ondergebracht en in het dorp worden acties opgezet om de gedupeerden te helpen. De saamhorigheid is dan weer mooi! Gisteren en vandaag draaide de kermis weer en gingen de festiviteiten in de tent gewoon door. Alleen het vuurwerk voor vanavond gaat niet door, dat wordt elk jaar op zo'n honderd meter van de rampplek afgestoken. Maar knallen hebben we wel even genoeg gehad in het dorp.

dinsdag 26 augustus 2014

Dekbedhoes

Er zijn zo van die dingen waar je je uren over kunt verwonderen en afvragen hoe het komt, maar waar je nooit antwoord op krijgt! Neem nou een dekbedhoes. Dat is op zich een heel handig artikel om om je dekbedje te doen en er fris en fleurig bij te liggen. Alleen een dekbed in de hoes stoppen is nogal een lastig karwei. Voor een babybedje is het appeltje eitje en voor een 1-persoonsdekbed is het ook nog best te doen, maar het gehannes begint vanaf het tweepersoonsgedoe.

Een aantal jaren geleden kochten wij een nieuw bed. Daarin liggen twee matrassen die je ieder afzonderlijk omhoog kunt zetten, zodat je s'morgens op je gemakje in bed kunt ontbijten en de krant kunt lezen. Over de kruimels in je bed en de inktvlekken op de lakens hebben we het dan even niet. Dat bed, waarbij zowel de voor en de achterkand in de gewenste stand gezet kan worden, was een waar eldorado voor mijn kleine neefje. Hij deed niets liever dan met de afstandsbediening het bed hoog en laag zetten. Toen hij bij ons logeerde presteerde hij het om mij dubbel te vouwen tussen hoofd en voeteneind en pas na beloofd te hebben de allerlekkerste pannenkoeken te bakken, was hij bereid om me te bevrijden. De deugniet! Maar ik dwaal af! 

Toen wij dat bed kochten, schaften wij ook een nieuw dekbed aan. Lits jumeaux formaat! Dat is dus een heel gedoe wil je in je eentje zo'n uit de kluiten gewassen lits jumeaux dekbedhoes om het dekbed te frommelen. Het is overigens wel een prachtig woord, dat lits jumeaux, het klinkt wel sjiek . Heel anders dan tweepersoonsbed. Ik stel me zo voor dat in een lits jumeaux de conversatie tussen de echtelieden heel anders is dan in een tweepersoonsbed.

Zo van: "Ze lagen gezellig samen lepeltje lepeltje in het lits jumeaux. Hij streelde voorzichtig met zijn vinger over haar zachte perzikwangetje waarbij hij een streng zijdezachte blonde haren teder naar achter streek. Zij draaide zich liefdevol naar hem toe, keek hem in zijn staalgrijze ogen en volgde met haar blik zijn strakke kaaklijn. Ze nestelde zich in zijn armen en ze wisselden een hartstochtelijke kus uit! Zijn hand gleed zachtjes onder haar neglige en...... (vul zelf maar in)"

In het tweepersoonsbed zou de conversatie als volgt kunnen zijn: "Hij, kan je even een stukkie opschuiven, want je krulspelden prikken in mijn nek! Zij, pinnig, schuif zelf maar een stukkie op en ga op je zij liggen, want anders snurk je straks weer als een gek!"

Het is een optie he, het kan natuurlijk best andersom zijn, echte liefde in het tweepersoonsbed en een vastgeroest huwelijk in het lits jumeaux. Maar goed, ik dwaal alweer af. 

Terug naar dat idioot grote formaat dekbedhoes voor het lits jumeaux. Dan ben je dus een uur bezig geweest om dat dekbed fatsoenlijk in die hoes te krijgen, Eerst de bovenkant erin en bovenop vastzetten met diverse wasknijpers zodat de boel blijft zitten, dan de rest van het dekbed in de hoes frommelen en uiteindelijk zorgen dat het er een beetje strak omheen zit, zodat je heerlijk in je schone bedje kunt kruipen (tegen je liefhebbende echtgenoot als je die hebt en als je dat wilt) en naar dromenland kunt vertrekken. Dat gehannes is trouwens niet bevordelijk voor de romantiek als je een uur hebt staan frommelen en je uiteindelijk uitgeput met je rode kop in je bed stapt. Over een elegant negligeetje hebben we het maar niet!

Waarom, waarom dan is de volgende dag als je wakker wordt dat dekbed haast al weer uit de hoes gekropen en heb je aan de bovenkant een heel stuk hoes zonder dekbed en worden je voeten bijkans verpletterd door het gewicht van het onderuit gezakte dekbed. Daar snap ik nu helemaal niks van en daar blijf ik me dan weer over verwonderen. Ik ga bijna terugverlangen naar die oude stoffige wollen dekens!

zondag 24 augustus 2014

Bramenjam

Mijn hele jeugd heb ik alle weekenden en zomervakanties doorgebracht op de veluwe waar mijn ouders een grote stacaravan hadden. Aan het einde van de zes weken school- vakantie was het vaste prik dat we met het hele gezin bramen gingen plukken. Gestoken in oude kleren, de voeten in kaplaarzen en gewapend met emmers, teilen en werkhandschoenen gingen wij het bos in en waren zo de hele middag druk en zoet. Toen had je nog warme zomers waar van s'morgens vroeg tot s'avonds laat de zon scheen en waren er bramen in overvloed. Althans in mijn herinnering. Die bramen gingen allemaal mee naar huis waar mijn oma Corrie (de oma van de lekkere cake) er bramenjam van maakte. Als de oogst echt goed was dan maakte ze ook bramensap die wij dan s'winters over de zelfgemaakte griesmeelpudding kregen op zondag! 

Natuurlijk stond ik er met mijn nieuwsgierige neus bovenop bij dat jam maken. Wat rook dat verrukkelijk die kokende bramenbrij in ons keukentje. Alsof de zomer even terug was. Dat gaf zo'n ultiem gevoel van gezelligheid net als zelfgebakken appeltaart dat doet. 

Toen ik zelf kinderen kreeg wilde ik ze deze ervaring niet onthouden en omdat mijn ouders nog steeds die caravan daar in dat bos hadden en onze kinderen daar toch al graag vertoefden haalde ik ze over tot een middagje bramenplukken. Helaas werd dit niet zo'n suikerzoete herinnering als ik had, maar ontaarde dat middagje in een soort horrorverhaal, want dochterlief stapte in een wespennest. Ik heb dat beeld nog steeds op mijn netvlies staan. Die zwerm wespen die woedend uit hun nest opvlogen en mijn mooie lieve kind aan alle kanten aanvielen. Doordat haar lange haar voor haar gezicht hing bleek ze uiteindelijk maar vijf keer gestoken te zijn en na wat deppen met azijn en een groot glas limonade voor de schrik was het ergste leed al weer geleden. Helaas waren die wespen niet alleen boos op haar, maar ook op mij en mijn moeder en wij zijn wel allergisch voor de steken van deze akelige kleine ettertjes. En dus zaten wij diezelfde middag nog in het ziekenhuis voor extra medicijnen om de reactie in te dammen. 

Zoonlief had heel dapper de emmer met pas geplukte bramen gered en zo kookte ik de dag erna nog wat bibberig voor het eerst zelf bramenjam. Dat vonden ze dan wel weer gezellig en lekker. Geen wespentrauma gelukkig!!

Vorige week ging de telefoon, mijn nichtje van 10 was met haar broertje en vader (mijn broer) bij opa en oma in het bos en waren bramen wezen plukken. De helden! Enthousiast vertelde mijn nichtje dat ze wel 100 bramen hadden geplukt. Of ik daar even jam van wilde maken. Natuurlijk wilde ik dat. En zo geschiedde. De bramen werden een weekje in de vriezer bewaard, ik haalde geleisuiker en zocht mijn lege jampotjes op en vanmorgen werd mevrouwtje hier afgeleverd en gingen we aan de slag. Het resultaat is 5 potten volle jam en 1 half potje. Ze is reuze trots! 

Ook maken? Pluk ruim een kilo bramen en vul dit met een geschild appeltje aan tot 1250 gram. Zorg voor ongeveer 6 jampotjes en kook deze uit of was ze in een hete vaatwasser. Zet ze tot gebruik omgekeerd op een schone, gestreken theedoek. Zet een schoteltje in de vriezer! Was de bramen goed en breng aan de kook en laat doorkoken tot het een dikke brij wordt. Nu kun je het met de staafmixer fijn maken, zodat je geen jam met stukjes krijgt, maar dat hoeft niet. Als je niet van pitjes in de jam houdt moet je de brij nu zeven! Dat is heel vervelend werk en die pitjes zijn extra vezels. Voeg 500 gram geleisuiker erbij (kant en klaar te koop bij de supermarkt) en breng opnieuw aan de kook. Laat 1 of 2 minuten doorkoken. Pak nu het ijskoude schoteltje uit de vriezer, schep er een klein beetje hete jam op en laat afkoelen. Kijk nu of de jam dik genoeg is en proef of het zoet genoeg is. Als dat niet zo is laat dan wat langer doorkoken of voeg wat meer (gewone) suiker toe. Giet nu de hete jam in de potjes (met een jamtrechter gaat dit perfect), draai de dekseltjes erop en zet ze een paar minuten ondersteboven. Laat goed afkoelen, smeer een beschuit met je eigen gemaakte jam en geniet!





woensdag 20 augustus 2014

Tomaat

Als ik naar buiten kijk dan zie ik een tuin die een ietsiepietsie is verregend door dit oerhollandse zomerweer. Aan de ene kant staat een eenzame rose phlox te bloeien en aan de andere kant richt een gele helianthum dapper haar bloemblaadjes naar de lucht waar witte en donkere (regenwolken elkaar in een rap tempo afwisselen. In een pot staat een tomatenplant waar 1 tomaatje nu al dagen pogingen doet om van groen naar rood te kleuren. Het lukt niet erg.

Het doet bijna pijn  om dat ene zielige tomaatje, wat zo dapper probeert om mooi rood te worden, te aanschouwen. Vooral omdat je al weet dat het eigenlijk niks wordt met dat kleine ding dat zonder de bescherming en aanmoediging van vele broertjes en zusjes het aanzien van de plant hoog moet houden. Dat is jammer omdat ik erg van tomaten hou. Zo'n prachtige rode tomaat aan een mooi frisgroen steeltje dat je van de fruitschaal toelacht en zich gewillig in plakjes laat snijden en dan een prachtig plaatje maakt op je bruine boterham met kaas. Beetje zout en peper erop (en als we gek doen nog een piezeltje mayonaise) en het smullen kan beginnen. Zo'n boterham is eigenlijk nog veel lekkerder dan de allerbeste moorkop!

Nederland is tomatenland! Net zoals Italie en alle andere zuidelijke landen met een warm klimaat. Jammer is alleen dat zuidelijke tomaten meestal heerlijk gestoofd worden in een warm zonnetje en dat de Nederlandse exemplaren in de zomer heel dicht tegen elkaar aan moeten kruipen en zich moeten verschuilen achter hun blaadjes om zich nog een beetje warm en behaaglijk te voelen. En dat proef je! Zo'n tomaat die lui en vadsig uitgebreid in de zon heeft kunnen afbakken is een veel smakelijker exemplaar dan zo'n Hollandse koukleum!

Dat was ook het geval in Portugal waar wij laatst een dag of tien mochten vertoeven. De eerste de beste avond lag er bij de warme hap een pluk salade op het bord. Afgestyled met twee schijven tomaat, een flinke plak komkommer en een kloeke olijf. Het was bij zo'n toeristenrestaurantje waar je hier in Amsterdam nog niet dood gevonden wil worden en dus verwachtte ik niet veel van dat armzalig uitziende plukje sla met toebehoren. Lamlendig sneed ik dus de plakken tomaat doormidden en nam een hap in de wetenschap dat er toch nog iets gezonds, voorzien van een paar vitaminen, binnen kwam. En na de eerste voorzichtige kauwbeweging ontstond er een soort van smaakexplosie in mijn mond. Allemachtig wat smaakte dat armetierig uitziende stukje tomaat verrukkelijk. De aroma's van echte tomaat kwamen vrij, je proefde de zon en warm geluk. Ik werd op slag heel gelukkig. Jammer dat het maar twee plakjes waren en ik spiedde al rond of manlief zijn plakjes al weggewerkt had. Gelukkig had hij ze al afgeschreven en naar de rand van zijn bord geschoven klaar om in de kliko te verdwijnen. In een mum van tijd had ik ze gepikt! Allemachies wat was dat lekker.

De volgende avond, ander restaurant, minder toeristisch, weer zo'n hemelse ervaring. Nu lagen er wel twee tomaten in hele dunne plakjes gesneden omringd door plakjes waterige mozzarella met als kers op de taart een pluk basilicum. En ook nu weer was het genieten. Al die 10 dagen daar in Portugal heb ik genoten van de heerlijkste tomaten. Ik heb er nog even over gedacht om een kilo of wat van die schatjes in mijn handbagage te proppen, maar dat uiteindelijk toch niet gedaan. Ten eerste omdat ik niet met tomatenpuree in mijn koffertje wou thuiskomen en ten tweede was ik toch een beetje bang voor het beroemde vakantie effect. In het land van bestemming smaakt de ouzo of de pastis toch eigenlijk lekkerder, thuis is er dan niks meer aan.

En nu heb ik een beetje heimwee naar de Portugese tomaten. Daar voel ik me dan weer schuldig over want juist nu met die Russchische boycot en het daaruit voortvloeiende overschot aan Nederlandse tomaten moeten wij ons nu natuurlijk massaal tegoed doen aan onze tomaten. Aan mij zal het niet liggen, ik wil best mijn dagelijkse portie van 2 opschroeven naar 4, maar deze Hollandse jongens zijn helaas niet zo lekker als hun Portugese broertjes. Toch is het zonde om ze dan maar door te laten draaien. Ze hebben niet voor niks zo hun best gedaan om te groeien en mooi rood te worden. Tomatensaus dan maar. Een heleboel tegelijk maken en invriezen dan hebben we de hele winter zelfgemaakte lekkere pastasaus die je steeds weer op een andere manier een beetje op kan leuken door gehakt of andere groenten toe te voegen. Verzin het maar.

Nodig:
1 kilo tomaten
2 uien gesnipperd
scheutje balsamico azijn
2 teentjes knoflook
klein blikje tomatenpuree
1 mini klontje suiker
takjes verse tijm en oregano
rood pepertje
2 laurierblaadjes
Verse basilicum
olijfolie
peper en zout
blender of staafmixer

Snijdt de tomaten kruislings in en dompel ze even onder in kokend water en haal de velletjes eraf. Snijdt ze in vieren en haal het groene hartje eruit.  Verhit de olie in een hapjespan en fruit daar de uien zachtjes in tot ze zacht en glazig zijn. Voeg de knoflook toe, fruit even mee maar laat niet kleuren. Doe alle tomaten stukken en de puree bij de uitjes in de pan en bak ze op hoog vuur even om en om. Zet het vuur laag, voeg de laurier het rode pepertje (als je van pittig houdt kun je de peper ook in stukjes meefruiten en anders laat je hem heel) de suiker en de balsamicoazijn toe. Roer goed door en voeg een beetje water toe. Laat alles met de deksel op de pan een halfuurtje zachtjes stomen. Kun je ondertussen mooi naar je verregende tuin staren en nog even nadromen over je vakantie. Verwijder de peper (indien gewenst) en de laurier Pureer alles in een blender of maak er met de staafmixer een mooie saus van. Als je niet van tomatenpitjes houdt dan kun je de boel nog zeven, maar let op dit is een tijdrovend en vies werkje. Je traint hier dan wel weer je armspieren mee dus wellicht ter vervanging van een uurtje sportschool juist wel een goed idee. Helemaal als het je een fietstochtje door de regen scheelt! Breng op smaak met zout en peper en snipper de verse basilicum erdoor. Laat de hele handel afkoelen en schep wat je niet direct nodig hebt over in diepvriesbakjes en vries in. Nu heb je een lekkere basis voor een pastasaus, je kunt je pizzabodem ermee bestrijken, je kunt het gebruiken voor tomatensoep en bedenk dat je met je noeste arbeid het leven van een Hollandse tomatenkweker net weer wat dragelijker hebt gemaakt. Nou hoe fijn is dat? Nu alleen nog een beetje zon graag!

zondag 17 augustus 2014

Knappertje

Ik stond op de groenteafdeling toen ik ze de winkel in zag schuiven. Een bejaard echtpaar! Hij, keurig in de kleren, hippe schoenen, hip petje op, voorzichtig schuifelend achter een rollator. Zij, klein, beige groezelige, korte regenjas, haar in model bloempot en met een schrille stem vastberaden de kar voortduwend waar ze nauwelijks met haar hoofd bovenuit stak. Een lang huwelijk schat ik zo in. Op mijn weg door de supermarkt voor de wekelijkse grote boodschappen passeerden wij elkaar regelmatig. Terwijl ik een komkommer pakte stonden zij de bloemkolen te betasten. Nou zij, de dame dan want de man in kwestie stond achter zijn rollator en luisterde naar zijn kwekkende vrouw, maar zei geen woord. Bij het boterschap kwam ik ze tegen en bij het zuivelschap en steeds werd luid uit de doeken gedaan door mevrouw welk artikel er wel en welk artikel er zeker niet gekocht ging worden. Steeds met die zwijgende, toekijkende echtgenoot. 

Mijn eigen echtgenoot ging de lege flessen in het machien gooien terwijl ik het paadje inliep van de koeken en de beschuiten. De kwekkende dame van het echtpaar volgde mij, waarbij ze luid over haar schouder riep: Ik neem voor jou lekker wat Knappertjes mee, Wim! Wim reageerde niet en was even van het toneel verdwenen. Ik dacht nog, die is dat gekakel natuurlijk een beetje zat. Ik kreeg een beetje medelijden met Wim, de hele dag dat gekakel van zo'n mens om je heen en dan ook nog eens getracteerd worden op een Knappertje, de allervieste koekjes die er zijn. Die arme man, waarom nam zijn vrouw niet een lekker kruimelig spritsje voor hem mee? Of een knapperig bokkepootje als het dan toch wat knapperigs moet zijn. Had ik me er mee moeten bemoeien en moeten vragen waarom ze hem niet wat lekkerders gunde? Tijd om daar over na te denken had ik niet, want mijn eega stond met de kar al bij de frisdranken. Vanuit mijn ooghoeken zag ik Wim met zijn rollator nog net het pad inschuifelen waar de speciale biertjes staan. De echtgenote hoorden we wel over de keuze van een rol aluminium folie, maar we zagen haar niet. 

Wij werkten ondertussen ons lijstje af en toen ik mij ervan verzekerd had dat ik mijn echtenoot absoluut geen plezier deed met een Knappertje togen we richting de zelfscan kassa. Daar was het druk en wij moesten dus aansluiten in de rij. Voor ons stond jawel, kwekkende echtgenote en zwijgende Wim. Juist toen zij het zelfscan apparaat in wilde pluggen om te kunnen betalen (wel een modern echtpaar met dat zelfscannen) riep zwijgende Wim, wacht even dit moet nog gescand worden. Hij pakte uit zijn rollatormandje een sixpack bier en voor zijn echtgenote iets kon zeggen scande hij het bier en plugde het scanapparaat in om te betalen. Er was geen weg meer terug en triomfantelijk en met ondeugend twinkelende ogen draaide hij zich naar mij om en zei: Lekker zo'n biertje om een droog Knappertje mee weg te spoelen.